| |
Lied 58 |
Vers 1: | Jezus zegt: blijf niet alleen, vergeet je bange dromen. Laat het licht zijn om je heen, de zon is opgekomen.
Ik ben het licht, Ik ben het licht van de wereld. Wie Mij volgt ziet het leven.
|
Vers 2: | In het donker lopen wij verloren rond te dwalen. Jezus zegt: ga mee met Mij, je ogen zullen stralen.
Ik ben het licht, Ik ben het licht van de wereld. Wie Mij volgt ziet het leven.
|
Vers 3: | Blinkend als de morgenster die helder staat te schijnen zo is Jezus, onze Heer. Het donker zal verdwijnen.
Ik ben het licht, Ik ben het licht van de wereld. Wie Mij volgt ziet het leven.
|
|
|
Lied 59 |
Vers 1: | Ik ben de goede herder die zijn eigen schapen kent - Ik roep ze bij hun naam en zie, ze komen aangerend.
|
Vers 2: | Zoals de Vader Mij vertrouwt en Ik vertrouw op Hem, zo hou Ik van mijn schapen en zij horen naar mijn stem.
|
Vers 3: | Volg Mij maar, omdat Ik je red en van de wolf verlos. Maar slechte herders huilen met de wolven in het bos.
|
Vers 4: | Ik zet mijn leven op het spel voor schapen van mijn stal. Ze volgen Mij, ze weten wel dat Ik ze hoeden zal.
|
|
|