| |
Lied 26 |
Vers 1: | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Vers 1: | Looft God in zijn heilig domein, looft Hem in zijn groots firmament, looft Hem om zijn daden van macht, looft Hem krachtens zijn mateloze grootheid.
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Vers 2: | Looft Hem met de stoot op de ramshoorn, looft Hem met harp en met citer, looft Hem met handtrom en reidans, looft Hem met snaren en fluit.
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Vers 3: | Looft Hem met slaande cymbalen, looft Hem met klinkende cimbels. Alles wat adem heeft love de Heer! God lof!
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Vers 4: | Eer zij de eerlijkheid Gods: Vader, Zoon en heilige Geest. Zo was het in den beginne, zo zij het thans en voor immer; tot in de eeuwen der eeuwen Amen.
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
|
|
Lied 27 |
Vers 1: | De mensen die gaan in het duister. die wonen in 't land van de dood, zij zullen een licht zien; het hemelse morgenrood.
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Vers 2: | Zij zullen weer zingen van vreugde, de angst en de nood zijn voorbij, geen vijand marcheert door de straten, de kinderen spelen weer vrij.
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Vers 3: | De stok die hen sloeg is gebroken, geen mens wordt vertrapt of verdrukt. Zij krijgen weer tijd van leven, er is een begin van geluk!
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Vers 4: | Want er is een prins geboren, met prachtige namen gekroond. En hij is de vorst van de vrede, de God die bij de mensen woont.
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
Vers 5: | Hij brengt het leven op aarde terecht in zijn koninkrijk. De mensen die gaan in het duister, die worden de koning te rijk.
|
Refrein | Alles wat adem heeft love de Heer. Alles wat adem heeft love de Heer.
|
|
|