De Nieuwe Bijbel vertaling

Hooglied 4
4  Je bent zo mooi, vriendin van mij, je bent zo mooi! Je ogen zijn duiven, door je sluier heen. Je haar golft als een kudde geiten die afdaalt van Gileads bergen.  Je tanden zijn als witte schapen: klaar voor de scheerder komen ze twee aan twee uit het water, er ontbreekt er niet een.  Als een koord van karmozijn zijn je lippen, je mond is betoverend. Als het rood van een granaatappel fonkelt je lach, door je sluier heen.  Je hals is als de toren van David, die in ringen is gebouwd, die met schilden is behangen, met wel duizend schilden van helden.  Je borsten zijn als kalfjes, als de tweeling van een gazelle, die tussen de lelies weidt.  Nu de dag weer ademt en het duister vlucht, ga ik naar de mirreberg, ga ik naar de wierookheuvel. 

Vriendin, aan jou is alles mooi, niets ontsiert je schoonheid.  Mijn bruid, ga met me mee, kom mee, weg van de Libanon. Daal af van de top van de Amana, de top van de Senir, de Hermon. Weg van de bergen waar leeuwen huizen, weg van de holen waar panters schuilen.  Zusje, bruid van mij, je brengt me in vervoering, je brengt me in verrukking met maar één blik van je ogen, met één flonker van je ketting.  Zusje, bruid van mij, hoe heerlijk is jouw liefde, hoeveel zoeter nog dan wijn. Hoeveel zoeter is je geur dan alle balsems die er zijn. 

Mijn bruid, je lippen druipen van honing, melk en honing proef ik onder je tong, je kleed geurt naar de Libanon.  Zusje, bruid, een besloten hof ben jij, een gesloten tuin,  Aan jou ontspruit een boomgaard vol granaatappels, met een overvloed aan vruchten, hennabloemen, nardusplanten, 

nardus en saffraan, kalmoes en kaneel, wierookbomen, allerlei soorten, mirre, aloë, balsems, allerfijnst. 

Je bent een bron omringd door tuinen, een put met helder water, een bergbeek van de Libanon. -Zij 

Ontwaak, noordenwind! Kom, zuidenwind! Waai door mijn hof, laat zijn balsems geuren. Mijn lief moet in zijn hof komen, laat hij daar zijn zoete vruchten proeven. -Hij 
5  Hier ben ik in mijn hof, zusje, bruid van mij. Ik pluk mijn mirre en mijn balsem, ik eet mijn honing uit mijn honingraat, ik drink mijn melk en mijn wijn. -MeisjesEet, vriend en vriendin! Drink, en word dronken van liefde! -Zij  Ik sliep, maar mijn hart was wakker. Hoor! Mijn lief klopt aan! ‘Doe open, zusje, mijn vriendin, mijn duif, mijn allermooiste. Mijn hoofd is nat van de dauw, mijn lokken vochtig van de nacht.’  ‘Maar ik heb mijn kleed al uitgedaan, moet ik het weer aandoen? En ik heb mijn voeten al gewassen, moet ik ze weer vuil maken?’  Mijn lief stak zijn hand naar binnen, een siddering trok door mij heen – om hem!  Toen sprong ik op, ik ging hem opendoen. Mijn handen dropen van mirre, mirre vloeide van mijn vingers op de grendel van de deur.  En ik deed open voor mijn lief, maar hij was weg, mijn lief was weggegaan. Een duizeling beving mij toen ik zag dat hij er niet meer was. Ik zocht hem, maar ik vond hem niet, ik riep hem, maar hij antwoordde niet. 

De wachters vonden mij op hun ronde door de stad. Ze sloegen mij, ze verwondden mij, ze rukten mij de sluier af, de wachters van de muren. 

Ik bezweer je, meisjes van Jeruzalem, als jullie mijn lief vinden, wat zeggen jullie tegen hem? Dat ik ziek van liefde ben. -Meisjes  Wat heeft jouw lief meer dan een ander, mooiste van alle vrouwen? Wat heeft jouw lief meer dan een ander, dat je ons dit zo bezweert? -Zij  Mijn lief glanst en schittert, hij steekt boven duizenden uit.  Zijn hoofd is van goud, het zuiverste goud, zijn lokken zijn als dadeltrossen, ravenzwart.  Zijn ogen zijn als duiven bij een stromende beek, die baden in water, die gedompeld zijn in melk.  Zijn wangen zijn als balsemtuinen, die overheerlijk geuren.  Zijn armen zijn als staven van goud, met turkoois bezet. Zijn buik is als een schijf van ivoor, versierd met saffier. 

Zijn benen zijn als zuilen van albast, op voetstukken van zuiver goud. Zijn gestalte is zo fier als een ceder van de Libanon. 

Zijn mond is zoet, aan hem is alles begeerlijk. Dit is mijn lief, dit is mijn vriend, meisjes van Jeruzalem! -Meisjes 



Pagina terugPagina terug Het opgevraagde tekstgedeelte beslaat meerdere hoofdstukken.
Pagina van 8
Geschrift toevoegen ter vergelijking:
Pagina verderPagina verder