| |
Lied 111 |
Vers 1: | Jezus leeft in eeuwigheid. Zijn sjaloom wordt werkelijkheid. Alle dingen maakt hij nieuw. Hij is de Heer van mijn leven.
|
Refrein | Jezus leeft in eeuwigheid. Zijn sjaloom wordt werkelijkheid. Alle dingen maakt hij nieuw. Hij is de Heer van mijn leven.
|
Vers 1: | Straks als er een nieuwe dag begint, en het licht het van het duister wint, mag ik bij Hem binnen gaan, voor zijn troon gaan staan, hef ik daar mijn loflied aan:
|
Refrein | Jezus leeft in eeuwigheid. Zijn sjaloom wordt werkelijkheid. Alle dingen maakt hij nieuw. Hij is de Heer van mijn leven.
|
Vers 2: | Straks wanneer de grote dag begint, en het licht voor altijd overwint, zal de hemel open gaan, komt de Heer er aan, heffen wij dit loflied aan:
|
Refrein | Jezus leeft in eeuwigheid. Zijn sjaloom wordt werkelijkheid. Alle dingen maakt hij nieuw. Hij is de Heer van mijn leven.
|
Refrein | Jezus komt in heerlijkheid. zijn sjaloom wordt wereldwijd. Alle dingen maakt Hij nieuw. Hij is de Heer van ons leven.
|
|
|
Lied 112 |
Vers 1: | O God, die ons uit stof formeerde, en adem gaf aan ons bestaan en ons de jaren tellen leerde: wat stof is zal tot stof vergaan.
Heer, als ons laatste uur zal komen, de grens van tijd naar eeuwigheid, roep ons tot U die leven zijt.
|
Vers 2: | Gij die ons kende voor wij waren Gij die ons riep bij onze naam, doe uw nabijheid ons ervaren in dit vergankelijk bestaan.
Heer, als ons laatste uur zal komen, de grens van tijd naar eeuwigheid, roep ons tot U die leven zijt.
|
Refrein | Jezus komt in heerlijkheid. zijn sjaloom wordt wereldwijd. Alle dingen maakt Hij nieuw. Hij is de Heer van ons leven.
|
Vers 3: | De jaren gaan, de jaren komen. O cirkelgang van het bestaan waarin de mens is opgenomen: Wat stof is zal tot stof vergaan.
Heer, als ons laatste uur zal komen, de grens van tijd naar eeuwigheid, roep ons tot U die leven zijt.
|
Vers 4: | Gij die het dodenrijk deed beven en voor ons opstond uit het graf, uw adem is ons nieuwe leven. Het rouwgewaad neemt Gij ons af.
Heer, als ons laatste uur zal komen, de grens van tijd naar eeuwigheid, roep ons tot U die leven zijt.
|
Refrein | Jezus komt in heerlijkheid. zijn sjaloom wordt wereldwijd. Alle dingen maakt Hij nieuw. Hij is de Heer van ons leven.
|
Vers 5: | Gij Heerser over dood en leven, wat stof is zal tot stof vergaan. Het wacht uw dag - het zal herleven. Gij zoekt wat is voorbijgegaan.
Heer, als ons laatste uur zal komen, de grens van tijd naar eeuwigheid, roep ons tot U die leven zijt.
|
Vers 6: | Gij die ons kende voor wij waren, Gij die ons riep bij onze naam, wanneer geteld zijn onze jaren: noem ons bij onze nieuwe naam.
Heer, als ons laatste uur zal komen, de grens van tijd naar eeuwigheid, roep ons tot U die leven zijt.
|
Refrein | Jezus komt in heerlijkheid. zijn sjaloom wordt wereldwijd. Alle dingen maakt Hij nieuw. Hij is de Heer van ons leven.
|
|
|