| | Lied 74 | Vers 1: | Als een bruid op haar mooist, zo zag ik de stad van de vrede, met Gods glorie getooid voor het Lam, zij daalde neder. Stralend licht naar alle kanten, zonneglans van diamanten, de gemeente van de Heer daalt vanuit de hemel neer als een bruid op haar mooist.
| Vers 2: | Een juweel van een stad is die nieuwe samenleving, waar twaalf namen door God op de poorten zijn geschreven. Jakobs zonen, eens moorddadig, parels zijn het van genade. Jezus’ zonen, elf en een, legden elk de eerste steen, een juweel van een stad.
| Vers 3: | Even lang, breed als hoog - heiligheid in volle breedte. Eeuwig huis, voor ons oog is uw heelheid uitgemeten. Alle volken alle namen brengen eer en glorie samen. Nieuw Jeruzalem, uw glans is met liefde in balans, even lang, breed als hoog.
| Vers 4: | Zelfs de hemel is nieuw na de grote catastrofe, de toekomstige eeuw spant een koepel vol beloften. God zal hier zijn intrek nemen en de aarde stroomt vol hemel. In de boomgaard van de Heer stroomt het heil als een rivier, zelfs de hemel is nieuw.
| Vers 5: | God met ons, van nu aan. O finale van onthulling - geen verdriet en geen traan, geen verveling maar vervulling. Babylon zal zijn gevallen, Gij zult alles zijn in allen Heer, wij zullen groot en klein van uw beeld verzadigd zijn: God met ons, van nu aan.
| |
| Lied 75 | Vers 1: | Nu gaan de bloemen nog dood, nu gaat de zon nog onder. En geen mens kan zonder water en zonder brood.
| Refrein | Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde. Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde.
| Vers 2: | Nu ben je soms nog alleen. Nu moet je soms nog huilen en als je weg wilt schuilen kun je haast nergens heen. refrein
| Refrein | Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde. Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde.
| Vers 3: | Nu heb je nooit genoeg. Nu blijf je steeds iets missen en in het ongewisse of je ooit krijgt wat je vroeg. refrein
| Refrein | Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde. Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde.
| Vers 4: | Daar is geen en geen maan. Daar zal God ons verlichten. Daar zullen alle gezichten vol van zijn heerlijkheid staan. refrein
| Refrein | Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde. Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde.
| Vers 5: | Daar is geen dorst of verdriet. Daar zal God ons omgeven. Daar is gelukkig leven en het eindigt niet. refrein
| Refrein | Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde. Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde.
| Vers 6: | Zing voor de eeuwige dag. Zing voor zijn komst en zeg Amen. Zing voor de Heer die ons samen. daar al van eeuwigheid zag. refrein
| Refrein | Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde. Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw, de hemel en de aarde.
| |
|
|