| |
Lied 84 |
Vers 1: | Wees stil en kom wat dichterbij dit kind van Bethlehem: het einde, het begin is Hij; niets kan ik zonder Hem.
|
Vers 2: | Hij is mijn water en mijn brood, het licht rondom mij heen, mijn leven, midden in de dood Hij laat mij niet alleen.
|
Vers 3: | Hij is de deur die openstaat en achter mij zich sluit, de herder die met raad en daad mij voorgaat, in en uit.
|
Vers 4: | Hij is een weg, recht door de zee, mijn pad in de woestijn, zijn ja is ja, zijn nee is nee, zijn woord zal waarheid zijn.
|
Vers 5: | Hij is de wijnstok die mij draagt, geplant in Bethlehem, Hij geeft mij meer dan God mij vraagt: mijn vruchten zijn uit Hem!
|
Vers 6: | Wees stil en kom wat dichterbij en zeg mij zingend na: begin en einde, dat zijt Gij, alfa en omega!
|
|
|
Lied 85 |
Vers 1: | Weet jij waarom Jezus hier op aarde kwam? En waarom Hij jouw zonden toen op zich nam? Omdat Hij de wereld liefhad die zijn Vader schiep, en ons wilde redden uit onze nood zo diep. Dank zij de Heer!
|
Vers 2: | Weet jij wat de engel herders heeft verteld? En wat het hemelleger hun heeft gemeld? God woont bij de mensen, je gelooft je oren niet. God heeft al je vragen veranderd in een lied. Dank zij de Heer!
|
Vers 3: | Weet jij wat de wijzen zagen in de ster? En waarom zij toen reisden zo lang en ver? God zond hun een teken van de grote Koningszoon Hij zal eeuwig heersen en vrede is zijn loon. Dank zij de Heer!
|
Vers 4: | Jezus, onze Redder, wij aanbidden U. O, Koning van de wereld, wij prijzen U. Heel de schepping zucht tot U terug op aarde komt. Laat uw hand niet rusten, kom haastig Here, kom! Wij danken U!
|
|
|